Fiets en ITS: fietsapps in soorten en maten

maandag 12 juli 2021

Denk je aan fietsapps, dan denk je al snel aan Strava (voor de sportieve fietser) of de fietsknooppuntenplanner (voor de recreatieve fietser). Maar kijk je in de app-store van bijv. Apple of Google, dan blijkt het aantal apps duizelingwekkend groot te zijn. Als je echter verder kijkt, dan zie je dat verschillende apps elk hun eigen doel hebben. Sommige apps heb je nodig voordat je op de fiets stapt (pre-trip), andere heb je juist nodig tijdens (on-trip) of na het fietsen (post-trip). Binnen deze eerste classificatie blijkt er nog een verfijning mogelijk naar het doel van de diverse apps. Dat resulteert in onderstaande tabel:

Door Ronald Jorna en Robin Kleine, adviseurs bij Mobycon

 

Pre/On/Post-trip

Doel van de app

Voorbeelden

Pre-trip

Route- en navigatieadvies

Google maps, fietsknoop, Komoot, Fiets!, fietsnetwerk, routeplannen, 9292, Naviki, ANWB, Route.nl

Inzicht in beschikbaarheid en reserveren van deelfietsen (incl. elektronische sloten).

moovit, NS, GoAbout, Deelfiets Nederland, Mobilock, Lime, Urbee, Whim

On-trip

Tracking van fietstrips

ten behoeve van het vastleggen van een sportieve prestatie

Strava, Runkeeper, MapMyRide, CycleWE

ten behoeve van het belonen van fietsen

Fietsmaatjes, Ciclogreen, Ring-Ring, Ikfiets, Burn Fat Not Fuel

ten behoeve van het leveren van fietsdata

See.sense, Ring-Ring, Ikfiets

Beïnvloeden van VRI’s

Schwung, CrossCycle, Ring-Ring

Inzicht in beschikbaarheid van fietsparkeerplekken

Fietsplek, P-route fiets

Meten/monitoren van gezondheidsindicatoren

Fitbit, Hartslagapp, SamenGezond, SportWallet

Meldingen doen bij gemeente

BikeCitizens (Ping), MijnGemeente app, Buiten Beter, Fiets Tel,

Post-trip

Voorkomen van fietsdiefstal/ terugvinden van gestolen fiets

Gazelle Connect, Sparta Smart

Appgebruik onder fietsers

In het project Bicycles and ITS (BITS), geleid door de provincie Overijssel, wordt daarom gekeken hoe de data vanuit ITS-toepassingen gebruikt kan worden om het fietsen veiliger, sneller, comfortabeler en/of leuker te maken. Hiervoor hebben we onder andere een survey gedaan in verschillende steden. Wat hierbij allereerst opvalt is dat fietsers al redelijk veel gebruik maken van apps. Zo gaf meer dan tweederde van de fietsers in de survey in Zwolle aan gebruik te maken van een of meerdere fiets-gerelateerde apps. Voor een aanzienlijk deel bestaat deze groep uit gebruikers van weer- en routeapps (beide worden door meer dan 40% gebruikt), maar ook apps met een spel/competitie element en apps gericht op fietsinfrastructuur en -diensten kennen redelijk wat gebruikers (respectievelijk 16% en 9%). De belangrijkste reden om een app niet te gebruiken is dat mensen niet afgeleid willen worden tijdens het fietsen. Ook privacy speelt voor veel mensen een rol. Tegelijkertijd geeft een groot deel aan te vinden dat apps waardevolle informatie (kunnen) bieden en dat dit een reden voor ze is om apps wel te gebruiken. Al met al kunnen we stellen dat mensen nog niet app-moe lijken te worden en over het algemeen graag gebruik maken van apps, als deze maar voldoende meerwaarde bieden.

Fietsapp = Fietsdata

Al deze fietsapps worden aangeschaft (al dan niet tegen betaling) door consumenten, maar de data die door deze apps verzameld worden kunnen ook van nut zijn voor lokale overheden om hun fietsbeleid te verbeteren. Zo kunnen de apps voor deelfietsen nuttige informatie opleveren over het gebruik van deelfietsen, de locaties van free-floating bikes en in sommige gevallen ook de afgelegde routes en snelheden. Tracking-apps kunnen waardevolle informatie opleveren over afgelegde routes, snelheden (inclusief snelheidsverschillen), vertragingen, en door slimme combinaties met teldata ook over het gebruik van het gehele netwerk. Met behulp van VRI-apps kun je ook snelheden en locaties meten en zou je (theoretisch) het aantal roodlichtnegaties in kaart kunnen brengen. Met meldingapps kan een gemeente feedback krijgen van de fietsers betreffende verkeersonveilige situaties, sociaalonveilige locaties, slecht wegdek, paaltjes, etc. Kortom, verschillende apps zouden nuttige informatie kunnen opleveren, maar op dit moment wordt daar door gemeenten en provincies nog weinig gebruik van gemaakt.

De achterkant van de app

Het benutten van deze data kan echter een uitdaging zijn. Een goede data reflex helpt om kansen hiervoor bijtijds in beeld te krijgen en te verzilveren (zie hier voor ons artikel over de data reflex). Dit geldt echter alleen als de partij die de data wil zeggenschap heeft over de app, wat lang niet altijd het geval is. Gevolg is dat overheden steeds vaker dit soort data inkopen.

Niet gek, want het uitrollen van een ‘eigen’ app kan best een uitdaging zijn. Naast het realiseren van de app zelf moet er namelijk gedacht worden aan zaken als onderhoud en de backoffice. Hoe ga je als overheid bijvoorbeeld om met meldingen uit de app? Hoe integreer je deze in je bestaande processen? En hoe voorzie je medewerkers van de juiste informatie? Ook kan de duurzaamheid van apps een uitdaging zijn. Zeker bij gamification-apps is het van belang om gebruikers niet alleen aan te trekken maar ook vast te houden. Om te voorkomen dat apps niet de effecten en data opleveren waar we op hopen dient hier rekening mee te worden gehouden.

Conclusie

Samenvattend kunnen we stellen dat fietsers zeker nog niet app-moe zijn, maar wel app-kritisch. Een succesvolle app moet voor de gebruikers voorzien in een behoefte en de kosten (moeite, twijfels over privacy, accugebruik, etc) moeten opwegen tegen de baten van deze behoefte. Als aanbieder van een app vraagt dit om niet alleen naar functionaliteiten te kijken, maar ook naar het nut en de beleving voor de eindgebruiker. Daarnaast is het van belang stil te staan bij de potentiële waarde van de data die gegenereerd wordt, hetzij als hoofddoel, of als bijproduct. Waarvoor is deze data te gebruiken, en kan het (al dan niet tegen betaling) AVG-proof worden gedeeld met geïnteresseerde partijen? Op die manier profiteert de app-gebruiker niet alleen direct, maar ook indirect, doordat overheden hun fietsbeleid kunnen verbeteren en ontwikkelaars nieuwe toepassingen kunnen ontwikkelen.

-