Hoe faciliteren we duurzame groei?

maandag 12 april 2021

Wat kan de invloed van parkeerbeleid zijn op gebiedsontwikkeling? “Met die vraag zijn we op onderzoek gegaan in de provincie Noord-Holland, in opdracht van de provincie en CROW.”, vertelt Casper Stelling van adviesbureau MuConsult. “De onderliggende vraag richtte zicht op duurzame groei. Hoe kun je wél een toename in aantal inwoners en aantal arbeidsplaatsen faciliteren, zonder de mobiliteitsruimte toe te laten nemen?”

Falco Lievaart van MuConsult legt uit. “We hebben gesprekken gevoerd met ambtenaren van de onderzochte gemeenten, beschikbare parkeerdrukonderzoeken geanalyseerd en de huidige en toekomstige parkeervraag in kaart gebracht. Ook hebben we workshops georganiseerd waarbij we praktijkcasussen met ambtenaren en woningbouwontwikkelaars bespraken. Ook hebben we het onderzoek meerdere malen getoetst bij experts uit de parkeer- en vastgoedwereld.”

“Wat ons onderzoek uniek maakt is dat we het onderzoek op wijkniveau is uitgevoerd en niet op gemeenteniveau. Dit is een belangrijk gegeven, want vaak zie je dat bij het instellen van maatregelen het probleem verplaatst wordt. Dat zie je niet goed terug in onderzoek op gemeenteniveau.”

“Belangrijk in de context van het onderzoek is het verschil tussen gemeentes. In de ene gemeente wil een projectontwikkelaar graag ontwikkelen, wat betekent dat de gemeente best eisen kan stellen aan de ontwikkelaar, ook op het gebied van parkeren en mobiliteit. Aan de andere kant zijn er juist gemeentes die hun best moeten doen om ontwikkelaars aan te trekken. Daar ligt dat toch anders”, stelt Stelling.

Zoet en zuur combineren

“Uit het onderzoek blijkt dat het combineren van ‘zure’ maatregelen - zoals het reguleren van parkeerbeleid - en ‘zoete’ stimuleringsmaatregelen het effectiefst is. Ook zorgt deze combinatie voor draagvlak onder de stakeholders”, vertelt Lievaart. “Een belangrijke innovatie daarin is de combinatie van vergunningparkeren met betaald parkeren en het instellen van een vergunningenplafond. Zo kun je vergunningen afgeven op basis van doelgroepenkenmerken. Bij het instellen van een vergunningenplafond moet dat wel samengaan met het aanbieden van een alternatief. Biedt maatwerk aan in zowel vergunningen als in betaald parkeren.”

“Maatwerk is het sleutelwoord in effectieve parkeermaatregelen, elke gemeenten heeft zijn eigen parkeerprobleem, dat vaak zelfs per wijk of op straatniveau kan verschillen. Ga daarom in een gebied met een parkeerprobleem echt uitpluizen wat er aan de hand is, waar de parkeerdruk ontstaat én wat elke stakeholder kan bijdragen. Zorg ook dat alle partijen zich bewust zijn van hun eigen rol in zowel het probleem als de oplossing. Wat kunnen werkgevers, parkeeraanbieders en bijvoorbeeld de NS bijdragen en wat levert het ze op?”

Draagvlak is cruciaal

Lievaart: “Naast maatwerk is draagvlak cruciaal. Maak alle betrokkenen ook eigenaar van het probleem. Soms moet je daarin ook stakeholders als het ware opleiden. Een mooi praktijkvoorbeeld is een hogeschool die te weinig parkeerplaatsen heeft om studenten te laten parkeren. Studenten gaan op zoek naar alternatieve parkeerlocaties in de omliggende woonwijken, wat leidt tot overlast en irritaties bij de bewoners van de woonwijk. Door middel van scandata en doelgroepenonderzoek geven we inzicht in het aantal studenten dat in de woonwijk parkeert. Deze data is een mooi startpunt om het gesprek aan te gaan met de school hoe zij studenten kan stimuleren niet te parkeren in de woonwijken en welke voordelen dat oplevert. Betrek ook de bewoners en andere stakeholders bij deze gesprekken.”

Uiteindelijk is het doel van effectieve parkeermaatregelen om de kwaliteit van de openbare ruimte te verbeteren. “Niet alleen meer woningen, maar ook meer groen en meer recreatieruimte”. Bovendien stimuleer je hiermee een transitie naar duurzame mobiliteit, waardoor de fossiele auto teruggedrongen wordt en de openbare ruimte rustiger, veiliger en schoner wordt, stelt Stelling. “En uiteindelijk wil iedereen een betere kwaliteit van de buitenruimte. De huidige crisis en lockdown hebben dat maar weer eens aangetoond”.