Voorkom verrassingen

dinsdag 15 december 2020

“Infrastructuur is een middel om gedrag te sturen”, stellen Matthijs van Orsouw en Kirsten van Merwijk van XTNT. “Gemeenten vragen ons vaak om wij een quick scan uit te voeren bij probleemsituaties, wij bekijken de situatie dan uit verkeers- én gedragsoogpunt.”, legt verkeerskundig adviseur Matthijs uit. “Wat vaak vergeten wordt, is dat infrastructuur óók gedrag is. Kijk vanuit de weggebruiker naar een verkeerssituatie. Dan kom je er vaak achter dat je met hele simpele aanpassingen aan de infrastructuur de verkeersveiligheid kunt verbeteren. Zorg er voor dat de infrastructuur aansluit bij de verwachtingen van de weggebruiker. Zo help je hem of haar een handje en kun je verkeersgedrag sturen. Uiteraard kijken we daarbij naar de CROW-richtlijnen, maar richtlijnen alleen zijn vaak niet genoeg.”

“In de Voorstraat fietsen normaal gesproken dagelijks 16.000 fietsers”, vertelt Kirsten. “De straat is nu afgesloten vanwege een herinrichting. Met borden in vier verschillende opvallende kleuren, één kleur per route, worden fietsers naar de juiste route gestuurd. Dit, aangevuld met asfaltstickers, valt meer op dan de gebruikelijke uniforme gele borden. Juist omdat dit afwijkt van wat normaal gedaan wordt, vallen deze aanwijzingen goed op.”

-

Kleine aanpassingen

“Met kleine aanpassingen aan infrastructuur heb je al invloed op gedrag”, stelt Kirsten. “Campagnes via bijvoorbeeld social media hebben zeker hun nut, maar sommige situaties vragen om een andere aanpak ter plaatse.” Met alleen campagnes ben je er nog niet. Ze spelen vaak in op de voorspellers van gedrag, zoals attitude en bewustwording, maar staan verder van gedrag af. Bij bijvoorbeeld routekeuze kan het beter werken om, op het relevante moment en de juiste locatie, gedrag bij te sturen.

Goed gedrag moet je niet alleen aanmoedigen, maar ook faciliteren”, stelt Matthijs. Hij noemt een project bij gemeente Eindhoven als voorbeeld. “Daar willen we fietsers stimuleren om hun fiets op de daarvoor bestemde plekken te zetten, zodat er voldoende ruimte is voor nood- en hulpdiensten. Om dat gewenste gedrag te stimuleren moeten er wel voldoende en goed bereikbare plekken zijn waar de fietsers hun fiets kwijt kunnen. Als je fietsers alleen wijst op wat ze zouden moeten doen, maar je dat gewenste gedrag verder niet stimuleert, dan kun je ze wel aanspreken op het vertoonde gedrag maar bereik je waarschijnlijk maar een heel klein deel. We hebben in dit geval dan ook extra nieuwe fietsparkeerplekken gerealiseerd dicht bij de plek waar we de fietsen juist weg willen hebben.

Totaalaanpak en maatwerk

Matthijs en Kirsten benadrukken het belang van een totaalaanpak en van maatwerk. “Soms kom je heel ver met kleine ingrepen, maar je ontkomt echt niet altijd aan grootschalige aanpassingen bestaande infrastructuur. Denk daarbij ook aan het versmallen van een weg, het aanleggen van drempels of chicanes.”, stelt Matthijs. “

Kirsten: “Verplaats je vooral ook in de weggebruiker. Onlangs deden we op één dag een schouw van vijf verschillende kruispunten. Dan zie je dat er op sommige plekken niet zoveel aan de hand is, maar op andere plekken wel, bijvoorbeeld een onopvallend fietspad. Dat zijn situaties die met eenvoudige aanpassingen makkelijk te verbeteren zijn.

-
Zorg er dus voor dat de verkeerssituatie aansluit bij de verwachtingen van de weggebruiker en verras haar niet. Fietsers zijn echter ‘gewend’ dat een fietspad rood is. Dit voetpad lokt dus
ongewenst gedrag uit. dan kun je nog zoveel bordjes plaatsen, een fietser kijkt daar niet naar.