Zuid-Holland test ledverlichting N228

maandag 18 juni 2012
timer 5 min
De provincie Zuid-Holland wil provinciale wegen minder en duurzamer verlichten. Concreet beleidsdoel is een besparing van 17% aan energie in 2020 ten opzichte van 2008. Ledverlichting biedt inmiddels soelaas in woonwijken. Maar is de techniek zo ver gevorderd dat het geschikt is om provinciale wegen mee te verlichten? De provincie nam de proef op de som.
Zuid-Holland test ledverlichting N228

Zes typen


Ze plaatste zes typen ledarmaturen van zes verschillende leveranciers langs de N228. Verlichtingsbedrijf CityTec onderzocht de ledarmaturen, begeleidde de proef en verrichtte de lichtmetingen. Plaats van handelen is de N228, om precies te zijn het traject Gouda – Haastrecht. Hier staan bij wijze van proef zes typen ledarmaturen opgesteld: de SpeedStar-120 W van Philips, de Futurlux van Swarco, de BetaLED van Ruud, de Stela Long van Indal, de WM 56 van Innolumis en de Senso – 2 van Schréder. 'Om de prestaties van de verschillende typen ledarmaturen goed te kunnen beoordelen hebben we een viertal deelvragen geformuleerd', vertelt Wilfred Akerboom van CityTec. 'Hoe functioneren de ledarmaturen (ook als ze worden gedimd), wat zijn de elektrische rendementen, hoe staat het met de lichttechnische armaturenrendementen, en tot slot, wat zijn de exploitatiekosten over de levensduur.'

Proef en randvoorwaarden


Zowel de proef als de uitkomsten zijn verrassend te noemen. Eerst iets over de uitgangspunten van de proef. Om de verlichting goed te kunnen vergelijken is de fabrikanten gevraagd een armatuur aan te leveren dat voldoet aan een aantal vooraf opgegeven randvoorwaarden. Niet alle fabrikanten hebben zich hier aan gehouden en leverden een armatuur dat volgens hen het beste in de buurt kwam. Van de ene kant jammer, omdat een eindoordeel over de prestaties van de verschillende armaturen nu achterwege moet blijven. Van de andere kant een verrijking -ook al bleek dat pas achteraf- omdat het wellicht nieuwe aanknopingspunten biedt voor verder onderzoek. Maar daarover zo meteen meer.


Uitkomsten


De proef bestaat uit twee delen: een laboratoriumonderzoek en een belevingsonderzoek onder omwonenden en weggebruikers. Eerst het laboratoriumonderzoek dat uitgevoerd werd door een onafhankelijk onderzoeksinstituut. De zes armaturen zijn gedurende tien maanden getest en aan diverse proeven onderworpen. Wat opvalt zijn de grote verschillen in mechanisch opzicht: de armaturen die als beste uit de bus komen zijn overzichtelijk en eenvoudig, de armaturen die in dit opzicht minder goed scoren zijn complex en omslachtig en vereisen speciaal gereedschap bij het onderhoud en de montage. Wat exploitatiekosten over de levensduur betreft leveren de diverse ledarmaturen allemaal een prima prestatie. Ze gaan lang mee waardoor de onderhoudskosten gering zijn, met als extra voordeel: minimale verkeersoverlast. Akerboom vindt het grote kwaliteitsverschil tussen de producten in een aantal gevallen opmerkelijk.  Maar over het algemeen is hij blij verrast en tevreden over de kwaliteit: 'Niet alleen de gevestigde en gerenommeerde partijen presenteren goede producten, ook de nieuwkomers. En ook niet onbelangrijk: de meeste leveranciers maken waar wat ze beloven. Slechts een enkeling doet het in de technische specificaties wat mooier voorkomen.'

Belevingsonderzoek


Deel twee van de proef bestaat uit een belevingsonderzoek. Akerboom: 'Weggebruikers en mensen die aan of in de buurt van de N228 wonen is gevraagd naar hun mening over de proefopstelling. Wat ze vinden van de hoeveelheid licht, van de lichtkleur, van de verdeling van het licht over de weg, of de verlichting invloed heeft op hun gevoel van veiligheid enzovoort.' Resultaat: over het algemeen vinden de respondenten de hoeveelheid licht prima, evenals de kleur- en gezichtsherkenning. Er zijn drie in het oog springende uitkomsten. Eén: de zichtbaarheid van verkeersdeelnemers is uitstekend, een mooie conclusie, omdat het een parameter kan zijn om de verkeersveiligheid te meten. Twee: de weggebruikers zijn over het algemeen tevreden over de verlichting. Drie: weggebruikers hebben een (lichte) voorkeur voor wit licht boven conventioneel geel licht. Dit biedt perspectieven voor energiebesparing, evenals de nieuwe richtlijnen voor verlichten (ROVL-2011). Daarin is voor het eerst ook dimmen meegenomen. De ultieme verrassing van het onderzoek vormde de waardering voor de armaturen die niet voldeden aan de vooraf meegegeven randvoorwaarden en een klasse lager verlichten. Zowel omwonenden, weggebruikers als verlichtingsdeskundigen waardeerden de lichtkwaliteit en –hoeveelheid als prettig en goed. Een interessante uitkomst. Wellicht is het een idee om de proef met soortgelijke armaturen voort te zetten en de Nederlandse Stichting voor Verlichtingskunde (NSvV) te vragen om de proef te monitoren. In Groot-Brittannië is het al toegestaan om met witte verlichting een klasse lager te verlichten.

Goede investering


Ledverlichting is volwassen geworden. Het gaat lang mee, is energiezuinig, uitstekend regelbaar, in diverse kleuren leverbaar en onderhoudsarm wat wegafzettingen en fileleed voorkomt. Overstappen op ledverlichting is een forse maar zinvolle investering die zich op termijn terugbetaalt. Uit zowel de laboratoriumproef als de enquête onder de omwonenden en weggebruikers blijkt dat de ledverlichting over het algemeen prima voldoet: gezichts- en kleurherkenning zijn prima, de hoeveelheid licht en de lichtkwaliteit zijn in orde, ook als er wordt gedimd. Met het oog op haar beleidsdoelstellingen een mooie uitkomst voor de provincie. Het verminderen van de CO2-uitstoot, 17% energie besparen in 2020 ten opzichte van 2008, en het drukken van onderhoudskosten is een makkie met leds.
 

Terug naar overzicht nieuws >>>