‘Gedragsbeïnvloeding is onderbelicht als het gaat om verkeersveiligheid’

woensdag 30 juni 2021

Provincie Overijssel, gemeente Zwolle en basisscholen De Ridder Joris en De Morgenster hebben in de Zwolse wijk Westenholte de pilot Schoolstraat gedraaid. Een project dat samen met bovenbouwleerlingen, ouders en buurtbewoners vrijwillig is opgezet en uitgevoerd om de schoolomgeving verkeersveiliger te maken. Ronald Gerard, adviseur verkeersveiligheid van de gemeente Zwolle, vertelt er meer over.

Door Jan Willem Kerssies
Dit artikel verscheen in MobiliteitsPlatform 2/2021: Handhaving en Veiligheid.

De betrokken partijen zijn op 10 mei gestart met de pilot. De proef liep tot en met 29 mei. Tijdens de pilot werd het Korianderplein op doordeweekse dagen tussen 08.00 en 08.30 uur afgesloten voor gemotoriseerd verkeer met een verplaatsbaar hek. Indien echt nodig kon het hek aan de kant geschoven worden, zodat nood- en hulpdiensten altijd toegang hadden tot het gebied. Omwonenden van de scholen hebben de auto alleen gebruikt buiten de tijden dat de straat afgesloten was. Als parkeeralternatief voor het brengen van kinderen met de auto, werd de parkeerplaats aan de Westenholterweg aangewezen. Gerard: “om de proef te laten slagen is het van belang dat er een goede vervangende parkeergelegenheid is. Wij hebben het geluk dicht bij een winkelcentrum te zitten waar mensen de auto konden parkeren. Daar was ook een ‘halte’ aanwezig waar kinderen afgezet konden worden om mee te lopen met een ‘loopbus’: een groepje kinderen dat onder begeleiding samen de route naar school loopt.”

Gedragsbeïnvloeding

Er zijn meer gemeenten bezig met de pilot Schoolstraat, een fietsstimuleringsinitiatief vanuit Tour de Force, vertelt Gerard. “We kregen anderhalf jaar geleden de vraag vanuit Tour de Force of we mee wilden draaien met een fietsstimuleringsproject. We konden kiezen uit zes verschillende projecten, waarbij we gekozen hebben voor pilot Schoolstraat. Wij richten ons niet zozeer op het stimuleren van fietsgebruik, maar meer op gedragsbeïnvloeding. Je probeert het uiteindelijk voor elkaar te krijgen dat ouders niet meer bij de voordeur van de school hun auto’s parkeren. Gedragsbeïnvloeding is vaak onderbelicht als het gaat om verkeersveiligheid. Ongevallen vinden vooral plaats door het gedrag van mensen. Er gaat mijns inziens nu te veel geld naar infrastructuur om de verkeersveiligheid te verbeteren. Dat heeft er denk ik mee te maken dat de effecten beter te meten zijn als je aanpassingen doet op het gebied van infrastructuur. Gedrag is veel moeilijker meetbaar”, aldus Gerard.

‘Als een schoolomgeving veiliger wordt geeft dat kinderen meer zelfvertrouwen om uiteindelijk met de fiets naar school te gaan’

Afwijkende aanpak

De aanpak in Zwolle wijkt af van de andere gemeenten die ook aan de slag zijn gegaan met de pilot Schoolstraat. “Dat komt door een aantal zaken. Onze pilot is bijzonder omdat die samen met de kinderen is ontwikkeld en uitgevoerd. Vaak merk je dat scholen wel bereid zijn om mee te werken aan verkeersveiligheidsprojecten, maar alleen als ze zelf zo min mogelijk hoeven te doen. Voor deze pilot geldt het tegenovergestelde; de scholen kwamen bij ons met de vraag of we konden helpen. Ik heb toen bekeken of er al projecten waren in de provincie die aansluiten op de vraag van de school. Zo kwam ik in aanraking met het B.O.M-project ontwikkeld door Goudappel. B.O.M. staat voor Basisschool Omgeving Manager. De kinderen zijn bij dit project zelf verantwoordelijk voor de uitvoering. Ze constateren dat de omgeving onveilig is en dat het daarom goed is om tijdens opening van de scholen de auto’s uit de straat te weren. Ze gaan hier zelf op toezien en weggebruikers belonen voor goed gedrag.”
 

Het B.O.M.-project draaide al in verschillende Overijsselse gemeenten. “En, niet onbelangrijk, het wordt financieel ondersteund door de provincie. Ik heb uiteindelijk het project Schoolstraat, dat vooral draait op gemeentelijke subsidies, gecombineerd met het B.O.M.-project. Naast de financiële steun van de gemeente en de provincie zijn wij ook geholpen door de Zwolse afdeling van Veilig Verkeer Nederland. Zij hebben samen met de leerlingen de pilot ontwikkeld en uitgevoerd. Door kinderen zelf verantwoordelijkheid te geven, door een goede samenwerking met verschillende partijen en de juiste fondsen is ons project rendabel en uitvoerbaar”, aldus Gerard.

-

Evaluatie

De maand juni wordt gebruikt om de proef te evalueren met de verschillende doelgroepen. Zo staan er gesprekken gepland met omwonenden en andere betrokkenen. “We hebben inmiddels gesproken met de twee scholen”, zegt Gerard. “De eerste geluiden die ik hoor zijn positief. De meerderheid van de ouders vonden het een prima idee en hebben goed meegewerkt tijdens de pilot. Mijn gevoel zegt dat de pilot een vervolg gaat krijgen bij andere scholen in de gemeente.” Uiteindelijk hoopt Gerard dat ouders de auto wat vaker laten staan. “De pilotperiode heeft niet geleid tot minder autogebruik, maar je moet ook meer naar de langere termijn kijken. Als een schoolomgeving veiliger wordt dan geeft dat kinderen meer zelfvertrouwen om uiteindelijk met de fiets naar school te gaan”, aldus Gerard.

De ervaringen van de verschillende gemeenten die meewerken aan de pilot worden nu verzameld door Tour de Force. “Er komt vervolgens een bijeenkomst waarin we de uitkomsten gaan bespreken. Uiteindelijk zou het mooi zijn als er één integraal projectplan komt waar iedere school gebruik van kan maken”, zo besluit Gerard.

Dit artikel verscheen in MobiliteitsPlatform 2/2021: Handhaving en Veiligheid. 

-

Fotobron: Goudappe