Werknemersmobiliteit op bedrijventerrein is ook Smart City

woensdag 10 oktober 2018
timer 5 min
“De ontwikkelingen en ambities op het gebied van mobiliteit zorgen voor stevige uitdagingen”, zegt Lex Boersma, strategisch adviseur mobiliteit bij de gemeente Schiedam. Hij bezoekt Kees Lambregtse, directeur van VCCR - experts in promotie van nieuwe mobiliteitsvormen, en zijn collega-adviseur Niels Verduijn. Samen bespreken zij concrete bereikbaarheidsoplossingen voor het Schiedamse Vijfsluizenhavengebied, die volgen uit een 'gebiedsgerichte aanpak' van duurzame werknemersmobiliteit.

Boersma: “Als het gaat om intenties voor duurzame en slimme mobiliteit is iedereen het vaak wel snel eens en volgen intentieverklaringen vaak even snel. Maar hoe kom je van intenties tot werkelijke gedragsverandering op gebiedsniveau, bijvoorbeeld op bedrijventerreinen?” Daar heb je een intermediair, een makelaar voor nodig, weet Boersma. Iemand die per werkgever een analyse maakt van de bedrijfseigen werknemersmobiliteit en dat uitwerkt tot concrete voorstellen. Zowel voor individuele bedrijven als voor bedrijven samen als er kansen blijken voor collectieve voorzieningen.

“Ieder bedrijf kent immers zijn eigen dynamiek en heeft zijn eigen randvoorwaarden voor mobiliteit”, vult Verduijn aan. “Wordt er in ploegendienst gewerkt? Dan kan een pendelbus een oplossing zijn. En wat is de huidige werkgeversvergoeding? Worden er leaseauto’s verstrekt? Dan wordt het heel moeilijk om werknemers op de fiets of in het ov te krijgen.”

Drie clusters

De gemeente Schiedam vroeg VCCR om mobiliteitsactieplannen te maken met de belangrijkste werkgevers in het Schiedamse havengebied. Dit is uitgewerkt in drie clusters. Op basis van deze plannen pakt de gemeente nu de kansrijkste initiatieven op om alternatieven te stimuleren in plaats van de auto voor het woon-werkverkeer. Kansrijke alternatieven zijn zowel conventioneel (fiets en ov), maar ook innovatief, zoals combinaties van ov en last-mile voorzieningen als de deelfiets en pendelvervoer. Additioneel biedt ook vervoer over water kansen. De uitwerking hiervan vindt plaats in samenhang tussen gemeente en het bedrijfsleven.

“Mobiliteitsbeleid is steeds meer gericht op vraagbeïnvloeding, niet direct de kennis van de traditionele verkeerskundige”, stelt Boersma. Je wilt bedrijven concrete voorstellen aanreiken, waartegen ze ja of nee kunnen zeggen, want ‘gedoe is taboe’. Dit vraagt een intensieve begeleiding. VCCR speelt in deze samenhang de rol van intermediair. Bovendien vereist het maatwerk om samen met individuele werkgevers toegevoegde waarde te creëren voor hun bedrijfsvoering en hun rol te vinden in een bijdrage aan duurzame mobiliteit.

De juiste prikkels

“Het gaat dus om het vinden van de juiste prikkels per individuele werkgever”, zegt Lambregtse. “In toenemende mate blijkt reductie van CO2 een goede drijfveer voor werkgevers, waarbij slimme mobiliteitsoplossingen, duurzaamheid en energietransitie prima ingangen zijn voor besparingen op dit gebied.” Maar ook andere motivatoren spelen een rol: goed werkgeverschap, potentiële reiskostenreductie (voor werkgever of werknemer), verminderen van de parkeerproblematiek en verbeteren van de bereikbaarheid.

Verduijn bezoekt de betreffende werkgevers, inventariseert samen met hen bedrijfsgebonden kenmerken in zogenoemde ‘mobiliteitscans’, en bespreekt vervolgens oplossingsrichtingen. Uit gesprekken met de grootste twaalf werkgevers in het Vijfsluizengebied blijkt na een jaar praten dat een shuttle vanaf intercitystation Schiedam Centrum, een kansrijke last-mile oplossing is om de automobiliteit van en naar het gebied te reduceren. Het ontbreken van deze verbinding is een gemiste kans daar station Schiedam-Centrum een goed bereikbaar ov-knoopunt is, dat nu niet optimaal wordt benut. De gemeente en werkgevers zijn bereid om hier samen in te investeren. VCCR heeft de opdracht om samen met de bedrijven te komen tot een goede bezetting. “Belangrijk, want met een goede bezetting is de oplossing ook kosteneffectief”, zegt Boersma.

Tips

Heeft Verduijn tips? “Op het moment dat het woordje ‘moeten’ valt, of ‘overtuigen’, zit je fout bij werkgevers. Zeg liever: ‘We gaan samen bewezen effectieve maatregelen inzetten’. En vraag dóór bij werknemers die niet op de fiets komen: krijgen ze er soms een te lage vergoeding voor, of helemaal geen? Ligt het aan de infrastructuur? Zijn er onvoldoende faciliteiten bij de werklocatie?” Lambregtse vult aan: “Zo gauw je de auto ‘afpakt’, ben je geen vriend. Het alternatief moet dus echt betrouwbaar en comfortabel zijn.”

Boersma: “De mobiliteitsproblemen in de regio stapelen zich op door geplande werkzaamheden én een stevige toename van woningen in de Zuidvleugel waardoor ook de mobiliteit zal toenemen. Tegelijkertijd willen de bedrijven in het havengebied uitbreiden en wil je de bereikbaarheid op peil houden. Aan al die doelen en ambities kun je alleen tegemoetkomen ‘mits’ er duurzame, slimme, effectieve en reële alternatieven voor reizen met de auto van de grond komen. Vanuit zo’n perspectief ontstaat vaak wel een positieve grondhouding bij werkgevers om samen de schouders eronder te zetten.”

Toekomst: autonoom rijdende multifunctionele pendelbus

De beoogde pendeldienst naar de Schiedamse havens – waar ook kleine bedrijven in kunnen participeren – komt er zodra de businesscase rond is. Gegeven het succes in het Havengebied, wil de gemeente Schiedam deze ‘gebiedsgerichte aanpak van duurzame mobiliteit’ nu ook oppakken met ondernemers in Spaanse Polder en ’s-Gravelandsepolder.

Dit artikel is verschenen in Verkeer in Beeld 4, oktober 2018.