Een blik op de toekomst: Het parkeerregime in 2040

woensdag 16 maart 2022

Bouwen we in 2040 nog dezelfde infrastructuur als vandaag de dag? Rijden we nog in dezelfde voertuigen? Wat is de toekomstige rol van deelmobiliteit? Tijdens het Nationaal Congres Parkeren en Mobiliteit werden deze vragen beantwoord.

Onder leiding van Ivo Cré, beleids- en projectdirecteur bij Polis, richtten Marco de Jong (Empaction), Casper Stelling (MuConsult), Wilco van de Vosse (ShPV) en Peter Hut (Gemeente Rotterdam) hun blik op de toekomst. Tijdens deze sessie voor visionairen, idealisten en dromers was de centrale vraag: “Wat zou het parkeerregime voor 2040 moeten zijn?”

2030, 2040, of toch 2070

Hoe ver durven we in de toekomst te kijken? De één richt zijn blik het liefst op 2030, de ander kijkt graag veel verder vooruit. Eén ding is zeker: de keuzes die we vandaag maken hebben invloed op het straatbeeld in de toekomst. Om dat te verduidelijken is het goed om zo af en toe ook naar het verleden te kijken.

“We gebruiken nog steeds hetzelfde stratenplan als honderden jaren geleden, sommige wegen dateren zelfs nog uit de Romeinse tijd. We moeten ons beseffen dat de keuzes die we nu maken tot in de verre toekomst kunnen doorwerken”, zo stelt Casper Stelling.

Stelling kijkt om die reden het liefst naar het jaar 2070. “de komende vijftig jaar gaat er ongelofelijk veel veranderen. In 2070 is al het verkeer uitstootvrij en autonoom, auto’s parkeren zichzelf en er komen nog meer mogelijkheden voor deel- en micromobiliteit. Deze veranderingen zorgen ervoor dat we onze toekomstige steden anders kunnen inrichten. In het stadscentrum van de toekomst is er misschien wel helemaal geen ruimte voor parkeren en mobiliteit.”

Peter Hut richt zijn blik eerst op 2030 en kijkt daarna verder naar 2040. “Als gemeente staan we op dit moment voor een aantal grote opgaven die ook invloed hebben op onze toekomst. We hebben in Rotterdam te maken met een enorme druk op de stedelijke leefomgeving. De maatregelen die we op dit moment nemen om die druk te verlichten hebben uiteraard invloed op de toekomst. In 2040 zal er minder ruimte zijn voor straatparkeren en meer ruimte voor verblijven en vergroenen. We verschuiven van het bezitten van een voertuig naar het bezitten van mobiliteit.

"-"

Van links naar rechts: Marco de Jong, Casper Stelling, Peter Hut, Wilco van de Vosse en Ivo Cré - ©Martin Hols

Flexibel en slim samenwerken

Volgens Marco de Jong is het van groot belang om op een flexibele manier samen te werken. “De coronapandemie heeft ons duidelijk gemaakt dat je de toekomst nooit precies kunt voorspellen. Tegenwoordig is het heel normaal om thuis te werken, die omschakeling is door de coronapandemie in een stroomversnelling geraakt. Doordat we massaal zijn gaan thuiswerken is de parkeervraag veranderd. De parkeercapaciteit bij werklocaties wordt in veel mindere mate benut en woonstraten staan vol met auto’s die nauwelijks gebruikt worden. Als we ons flexibel opstellen en op een slimme manier samen werken kunnen we de onbenutte parkeercapaciteit bij werklocaties gebruiken om woonstraten leefbaarder en aantrekkelijker te maken.”

Wilco van de Vosse verwacht in de toekomst meer flexibiliteit als het gaat om parkeervergunningen. “Een 24-7 parkeervergunning is in de toekomst niet meer houdbaar. In 2040 krijg je als bewoner een parkeervergunning van een x-aantal uren, dat geeft mensen de mogelijkheid om een auto voor de deur te zetten als dat nodig is. Bij het verlenen van een parkeervergunning moeten we in de toekomst op een dynamische manier omgaan met parkeerlocaties.”

Toekomstmuziek

Het is onmogelijk om de toekomst exact te voorspellen, onvoorziene gebeurtenissen en nieuwe uitvindingen kunnen de wereld op z'n kop zetten. Om die reden is het van groot belang om op een flexibele manier met elkaar samen te werken, dezelfde taal te spreken en te beseffen welke invloed de keuzes van vandaag de dag in de toekomst kunnen hebben. 

Fotobron: Martin Hols