MaaS-pilot Twente: ‘We zullen door-GOAN’

dinsdag 26 april 2022

Na bijna twee jaar voorbereiden bevindt MaaS-pilot Twente zich in een cruciale fase, vertellen procesmanager Paul Veelenturf en projectleider Paul Pietersen. “De reizigersaantallen blijven nog achter. Het worden spannende maanden.” Beiden geloven dat MaaS-app GOAN! ook levensvatbaar is, als de pilot per 1 oktober 2022 stopt. 

In deze MaaS-pilot ligt de focus op het ontsluiten van doelgroepenvervoer en openbaar vervoer voor alle reizigers binnen de acht aangesloten Twentse gemeenten, begint Veelenturf. “Perifeer gebied wordt gekenmerkt door minder mobiliteitsaanbod en relatief duur Wmo-vervoer. Daarom wilden we onderzoeken of vervoerstromen te combineren zijn”, verklaart hij. “Met een MaaS-app kunnen we een aanbod voor zowel reguliere reizigers als voor Wmo-reizigers op maat creëren. Dat kan gemeenten lucht geven.”  

Tijd om te knallen 

Het ministerie van IenW kon zich wel in het idee van de provincie Overijssel en de Twentse gemeenten vinden en zo werd het project één van de zeven landelijke pilots. In april 2020 werd de uitvraag voor een MaaS-dienstverlener gewonnen door de combinatie Qarin/Tranzer. Paul Pietersen namens Qarin: “De integratie van vervoersstromen is een ontwikkeling die niet te stoppen is. Daar willen we op het juiste moment bij zijn. Dáárom zijn we hierin gestapt.” 

Opdrachtgevers en MaaS-dienstverlener ontwikkelden samen de MaaS-app GOAN!, waarmee Twentse reizigers hun gehele mobiliteitsreis kunnen plannen, boeken en betalen. De start verliep wel wat stroef, erkent Veelenturf. Door de coronacrisis bleven app-gebruikers weg. “Daardoor hebben we anderhalf jaar kunnen voorbereiden en experimenteren met de techniek. De pilot loopt tot 1 oktober 2022, dus we hebben nog ruim een half jaar om te knallen.” 

Inmiddels is een breed mobiliteitsaanbod van ov, deeltaxi’s, deelscooters en deelfietsen op GOAN! te vinden. Wmo-reizigers kunnen hun regiotaxipas koppelen aan de app, zodat de rit van iemands gemeentelijke budget wordt afgeboekt. Naast de regiotaxi kan de Wmo-houder ook kiezen voor een  ov-reis of voor AutoMaatje van de ANWB. Pietersen noemt het ‘uniek’ dat de provinciale en lokale overheden om tafel zitten en afspraken maken over geldstromen.  

Belangrijke inzichten 

Van de 12.500 pashouders die bekend zijn bij de Twentse gemeenten, werden afgelopen juni alle 5500 reizigers die minstens één rit per jaar maken aangeschreven. “Vervolgens hebben 1000 mensen de app gedownload en 400 Wmo-houders hun regiotaxipas gekoppeld”, vertelt Pietersen. “Een prima eerste resultaat.”

Maar daadwerkelijk een reis maken is andere koek voor deze doelgroep, weet hij. “Voor de laatste lockdown gebruikten ruim 60 reizigers de app meerdere keren en in 20 procent van de ritten verving een ov-rit de Wmo-rit. Begin maart hebben we een nieuwe communicatiecampagne opgestart om ze te heractiveren, want vanwege corona reist deze doelgroep nog altijd niet veel.” 

Ondanks dat zien Pietersen en Veelenturf wel belangrijke resultaten. Toegegeven, de populatie van zestig Wmo-reizigers is kwantitatief nog weinig, zegt Veelenturf. “Ons doel is om zeshonderd Wmo-pashouders te bereiken aan het einde van de pilot op 1 oktober, dus we zitten op 10 procent. Maar we hebben in ieder geval de juiste doelgroep in kaart gebracht.” En Pietersen: “We hebben geleerd aan welke knoppen we moeten draaien om mensen te activeren de app te gebruiken.” 

Projectleider Paul Pietersen, Qarin: ‘Als 20 procent overstapt van Wmo- naar ov, besparen Twentse gemeenten 50.000 ritten en 600.000 euro op jaarbasis’

Uit onderzoek, dat is getoetst door het KiM, blijkt dat elke Wmo-rit die wordt vervangen door een ov-rit 12 tot 18 euro aan maatschappelijke kosten bespaart. Met zestig reizigers zet dat niet echt zoden aan de dijk. “Maar in de acht Twentse gemeenten worden jaarlijks 250.000 Wmo-ritten gemaakt. Als 20 procent overstapt van Wmo- naar ov, gaat dat over 50.000 ritten en 600.000 euro op jaarbasis. Hier valt echt een goede maatschappelijke businesscase van te maken.” 

Vertrouwen in de Noaberhopper 

Een andere doelstelling in de pilot is om ander reisgedrag te promoten bij alle 400.000 Twentse automobilisten. “Die groep moeten we anders benaderen”, stelt de projectleider, “want een Wmo’er gebruikt op zijn eindbestemming minder snel een deelscooter of -fiets. Als je de hele keten wilt ontzorgen, moet het voor- en natransport ook in het buitengebied geregeld zijn met een aantrekkelijk pallet aan diensten dat ook rendabel is voor aanbieders.” Dat was in de eerste campagneronde nog onvoldoende. In een hernieuwde campagne wordt gefocust op meer aanbod. 

De twee Paulen zetten daarbij hun kaarten op een nieuwe vervoersdienst: de Noaberhopper. Deze ‘commerciële deeltaxi’ werd medio maart opgestart en is exclusief te boeken is via de GOAN!-app en verzorgt halte-tot-deur- of deur-tot-haltevervoer. Pietersen: “Het is minder exclusief dan de reguliere taxi, maar een kwalitatieve aanvulling op het reguliere ov. Eigenlijk lijkt het concept op TwentsFlex dat Keolis eerder uitprobeerde.”  

Een belangrijk verschil is alleen dat deze commerciële deeltaxi buiten de ov- en taxiconcessies valt en is ontwikkeld met taxivervoerder Brookhuis en Qarin/Tranzer. Brookhuis gaat de exploitatie verzorgen. Daardoor heeft procesmanager Veelenturf vertrouwen in de commerciële casus. “Als meer vervoer tot stand komt, levert dat zowel Brookhuis als Qarin meer reizigers en app-gebruikers op.”

Pietersen vult aan: “De maatschappelijke businesscase is voor reguliere reizigers in een gebied als Twente lastiger sluitend te krijgen, maar ook voor deze doelgroep is het voor Qarin interessant genoeg om ook na de pilot door te gaan.”  

De totale opdracht van de MaaS-pilot bedraagt ruim een miljoen euro, waarbij Qarin/Tranzer een derde van het budget voor zijn rekening neemt. Het ministerie, de provincie Overijssel en de acht pilotgemeenten betalen het overige deel van de uitvoeringskosten. Taxivervoerder Brookhuis ontving een innovatiesubsidie vanuit de provincie Overijssel voor het opstarten van de Noaberhopper.  

Munitie 

Veelenturf en Pietersen hebben vertrouwen in de komende maanden, maar zijn wel benieuwd hoe het verdergaat als de pilot per 1 oktober stopt. Pietersen: “We zien in het hele land verschillende constructies ontstaan: Gelderland heeft besloten de Haltetaxi zelf te verzorgen en los te koppelen van Wmo-vervoer. Daar gelooft Qarin óók in. Maar als een MaaS-dienstverlener op meerdere paarden moet wedden, maakt dat het wel lastiger.”

Procesmanager Paul Veelenturf: ‘De pilot loopt tot 1 oktober. Het is zonde als alle kennis verloren gaat en het vervoer en de GOAN!-app per 2 oktober stilvallen’

En Veelenturf: “Momenteel is nog geen enkele MaaS-pilot in Nederland rendabel genoeg om zonder overheidssteun door te kunnen gaan. De techniek is overal in orde, maar de marketing en het verbinden van reizigers is het lastigste. Het is zonde als alle kennis verloren gaat en het vervoer en de GOAN!-app per 2 oktober stilvallen. Andere regio’s kunnen hiervan leren.” 

Hij vervolgt: “Oorspronkelijk wilden we 600 Wmo-reizigers en 10.000 inwoners van Twente bereiken, maar als we enkele duizenden inwoners van Twente bereiken ben ik tevreden. We moeten de komende maanden echt gaan knallen. Dan hebben we genoeg munitie om de evaluatie van de pilot mee in te gaan en besluiten te nemen over vervolg van MaaS. Het worden spannende maanden.”

Dit artikel is eerder gepubliceerd in OV-Magazine 1/2022. Wilt u OV-Magazine voortaan op papier of digitaal ontvangen? Neem dan een abonnement.