Van 50 naar 30, meer dan regelgeving

dinsdag 3 oktober 2023

Foto: Shutterstock

In 2020 passeerde de motie Kröger de Tweede Kamer. De kern van deze motie is het verlagen van de standaard maximumsnelheid binnen de bebouwde kom naar 30 km/u. Deze motie heeft voor veel reuring gezorgd in gemeenteland. Een aantal gemeenten zijn al druk bezig met het overnemen en in uitvoer brengen van deze motie. Om de transitie soepel te laten verlopen, beginnen gemeenten stap voor stap met het creëren van de 30km-zones binnen de bebouwde kom. Het doorvoeren van deze veranderingen is namelijk niet alleen een verkeerskundige opgave, maar ook een gedragskundige.

Als de gedragscomponent in dit verhaal namelijk wordt weggelaten of genegeerd, zal een gemeente al snel op problemen stuiten, zoals klachten van burgers en een v85 die ruim boven de nieuwe maximale snelheid (30 km/u) ligt. Er zijn namelijk verschillende gedragsbepalers waar rekening mee gehouden moet worden bij het veranderen van de rijsnelheid van weggebruikers. Hieronder lees je welke gedragsbepalers dit zijn en hoe gemeenten hier rekening mee kunnen houden.

Weerstand

Er zijn twee vormen van weerstand die weggebruikers kunnen ervaren wanneer de maximale snelheid verlaagd wordt:

  • Aversie: Deze vorm van weerstand ontstaat wanneer iemand het gevoel heeft dat zijn of haar (keuze)vrijheid beperkt wordt. Aversie kan daarom ontstaan wanneer weggebruikers het gevoel hebben dat de overheid of gemeente hen te veel regeltjes op leggen. Dit kan reacties oproepen zoals “nu gaat de overheid zeker bepalen dat ik niet eens meer 50km/u mag rijden, je mag ook niks meer tegenwoordig” of “door al die regeltjes van de gemeente ben ik straks nog langer onderweg”.
  • Scepsis: Als weggebruikers geen nut ziet in het veranderen van hun snelheid, zullen ze dit hoogstwaarschijnlijk ook niet doen. Het is daarom belangrijk dat een gemeente niet zomaar regels doorvoert zonder uitleg te geven waarom dit belangrijk is en wat (voor hen) de meerwaarde van de verandering is.

Tips:

Communiceer ruim voordat de veranderingen worden doorgevoerd dat deze eraan zitten te komen. Neem de volgende aspecten mee in de communicatie om weerstand te voorkomen:

  • Erken de weerstand: De veranderingen kunnen vervelend zijn voor weggebruikers. Door deze weerstand te erkennen, voorkom je dat zij zich onbegrepen voelen.
  • Onderbouw de beslissing: Leg niet alleen uit wat er gaat veranderen, maar ook waarom deze veranderingen nodig zijn. Als er voorbeelden zijn van situaties die tot dezelfde positieve resultaten hebben geleid, benoem dit dan ook. Bijvoorbeeld een andere stad of land waar het verlagen van de snelheid in minder ongelukken resulteerde.
  • Benoem voor- en tegenargumenten: Ook al hebben de veranderingen misschien positieve punten, er zullen ook nadelen zijn voor de weggebruikers. Benoem in de communicatie niet alleen alle positieve kanten, maar ook enkele minpunten om een transparant beeld te schetsen. Dit werkt extra sterk als de tegenargumenten in dezelfde communicatie ook weerlegd worden.
  • Benoem dat het een landelijk besluit is: Weggebruikers kunnen sterk het gevoel hebben dat zij de dupe zijn van gemeentelijke beslissingen. Door uit te leggen dat de nieuwe verkeersregels voor iedereen – in elke stad – gaan gelden, voelt het minder alsof specifiek hun vrijheid ingeperkt wordt.

Gewoontegedrag & fysieke omgeving

Weggebruikers die regelmatig over de wegen in kwestie rijden, zijn gewend om hier 50 km/u te rijden. Zij hoeven niet meer bewust na te denken over de juiste snelheid tijdens hun dagelijkse route, dit gaat onbewust. Wanneer de gemeente de maximale snelheid van deze wegen aanpast, kan het lastig zijn om deze gewoonte te doorbreken – zeker wanneer er geen veranderingen aan de weginrichting plaatsvinden. De fysieke situatie blijft dan namelijk hetzelfde, maar er wordt ineens ander gedrag verwacht.

Tips:

Om te voorkomen dat weggebruikers in hun oude gewoonte – 50 km/u rijden – blijven hangen, moet dit onbewuste gedrag doorbroken worden:

  • Creëer een duidelijk startmoment: wanneer er wegwerkzaamheden nodig zijn om een 50km/u-weg naar een 30km/u-weg te veranderen, is dit een natuurlijk moment waarop het gewoontegedrag doorbroken wordt. De weg wordt namelijk tijdelijk afgesloten en vervolgens opnieuw geopend. Maak gebruik van deze heropening om de weggebruikers meteen nieuw gedrag aan te leren. Als er geen wegwerkzaamheden zijn, kan de gemeente zelf een moment creëren. Bijvoorbeeld door een opening te houden voor de nieuwe ’30km/u zone’ met o.a. opvallende banners met de tekst ‘Welkom in de nieuwe 30km/u zone’.
  • Geef reminders: Zorg ervoor dat vanaf het moment dat de nieuwe maximumsnelheid ingaat, deze nieuwe snelheid door de gehele straat duidelijk zichtbaar is. Zo worden weggebruikers constant herinnerd aan het nieuwe gewenste gedrag.

Sociale omgeving

Weggebruikers op de weg beïnvloeden elkaars gedrag sterk. Als de mensen om je heen harder of langzamer rijden, ben je vaak geneigd om – bewust of onbewust – je snelheid hieraan aan te passen. Maar we zijn niet alleen gevoelig voor het rijgedrag van de bestuurders om ons heen. Mensen laten zich namelijk ook sterk leiden door wat hun sociale omgeving vindt en doet. De sociale normen die gecreëerd worden door onze familie, vrienden, buurtbewoners of collega’s hebben vaak een sterke invloed op ons gedrag, ook in het verkeer. Deze invloed is vaak nog groter dan die van de regels en wetten die de gemeente of overheid ons oplegt. Het is daarom belangrijk dat deze normen dus in lijn liggen met de verkeersregels.

Tips:

  • Creëer een positieve norm in de straat: In een straat waar de bewoners actief bezig zijn met het creëren van een veilige straat, zijn weggebruikers eerder geneigd om zich aan de snelheid te houden. De gemeente kan bijvoorbeeld posters en containerstickers met daarop de maximale snelheid uitdelen aan de straatbewoners.
  • Maak de boodschap persoonlijk: Mensen zijn vaak gevoelig voor een persoonlijke boodschap, omdat dit minder anoniem is. Het kan daarom ook helpen om bijvoorbeeld posters te ontwikkelen met daarop buurtbewoners die een persoonlijk verzoek doen om je aan de snelheid te houden.

Door op deze gedragsbepalers in te spelen, kan daadwerkelijke gedragsverandering bij weggebruikers gestimuleerd worden. Zo kan de snelheid binnen de bebouwde kom verlaagd worden op een manier die bijdraagt bij het doel van de motie Kröger, namelijk het verbeteren van de verkeersveiligheid.

Over Shiftgedrag

Door het toevoegen van kennis en ervaring uit de gedragspsychologie transformeren we jouw vraagstuk naar een aanpak en werken we mee aan de versnelling van de transitie van Nederland.
shiftgedrag.nl